Terug naar overzicht

Overschuimers 5-2017

mei 2007

Overschuimers

Je hoort weinig mensen klagen over het weer de laatste tijd. Dat er een klimaatverandering lijkt te zijn is nu toch niet makkelijk meer te ontkennen. We kunnen wel relativeren en zeggen dat er wel meer periodes zijn geweest dat het weer anders was dan anders maar nu is het toch wel erg opvallend.

Half april in je T-shirt buiten lopen is tot nog toe erg ongebruikelijk geweest maar het ene na het andere record sneuvelt en eigenlijk kijk je er steeds minder van op als je Erwin Krol met vrolijk gezicht weer een weertype hoort aankondigen dat je normaal in pak hem beet Zuid-Amerika verwacht. Wel fijn dat het klimaat niet juist richting Antarctica gaat, dan moesten we hier binnenkort ook zeehondjes van het Elfsteden ijs afknuppelen onder de juichende bemoediging van Friese ijsmeesters die met een welgemeend “ut giet an” eindelijk weer eens iets te doen zouden hebben. Nu ziet het er naar uit dat hun rol de eerstkomende eeuw wel is uitgespeeld. Zelfs een licht nachtvorstje lijkt er niet meer in te zitten de laatste jaren. De muggen schijnen daar blij van te worden, mensen die gevoelig zijn voor muggen daarentegen, veel minder. Maar ja, je kunt ook niet alles hebben.

Voor Pol was het in ieder geval het signaal om zijn tuin aan te gaan pakken. Daar lag een gigantische hoop overleden coniferen te wachten op de plechtige ter stort bestelling. Die naargeestige bomen moesten daartoe wel eerst nog even tot handzame stukken worden verzaagd. De ware houthakker gebruikt daarvoor de van diverse ranzige horrorfilms bekende kettingzaag. Dit woeste instrument zaagt door een boom als een mes door de boter maar in onoplettende handen ook met evenveel gemak door ieder lichaamsdeel wat in de buurt van de gretige geoliede tanden komt. Het scheelde dan ook niet veel of Pol had een polleke minder. Een vrolijke rode striem zal nog lang getuigen van zijn overmoedig zwaaien met het moorddadige gereedschap. Anderzijds is het karwei met een handzaagje ook geen feest.

En dan moet alles nog afgevoerd worden ook. In een geleende auto met veel laadvermogen ging dat wel maar er moest veel met de kruiwagen gereden worden en in de warmte werd er overdadig gezweet. Dat maakt dan weer dorstig natuurlijk en dan lust Pol wel een biertje. Dat biertje brouwt hij nog steeds niet zelf maar met ieder gedaan karwei komt het moment dat hij de roerstok weer ter hand kan nemen, dichterbij.

Welk bier hij dan moet gaan brouwen zou ook een vraag kunnen zijn, gezien de klimaatsverandering zal het wel een zomerbier type moeten worden. Omdat de records maar blijven komen kan daarin gerust een sprong voorwaarts gemaakt worden en de combinatie met het tuinieren ook direct gelegd worden. Als we dan toch richting tropen gaan, waarom dan geen bananen en kokosnoten geplant? Dat moet nu toch zonder problemen gaan lukken en dan kan er een lekker kokosnoot of banaanbiertje gemaakt worden. Van  traditionele bieren uit Afrika weet Pol dat ze aan het gisten wordt gebracht door bijvoorbeeld granen te kauwen en uit te spugen, het speeksel bevat enzymen die het proces op gang brengen. Daarom zoekt Pol iemand die niet van kokosnoten houdt om de vruchten voor te kauwen en uit te spugen. Iemand die gek is op kokosnoot spuugt het natuurlijk niet uit.

Mocht het toch allemaal tegenvallen met de klimaatwijziging dan kan Pol altijd nog coniferenbier gaan brouwen, waarschijnlijk is er niemand die deze boom lekker vindt dus met uitspugen zal dat wel gaan lukken. Pol zelf bedankt voor de eer, die moet eerst nog de tuin aanplanten.

 

Pol de Schuimer

Terug naar overzicht