Terug naar overzicht

Op bezoek bij de thuisbrouwerij van Wiebe van Terwisga

maart 2010
Door: Paul Langenberg

Op bezoek bij DE thuisbrouwerij VAN……….Wiebe van Terwisga

 

Glibberen En Glijden

De winter weet nog steeds van geen wijken als de trouwe brouwerijbezoeker zijn step bestijgt en koers zet naar achtereenvolgens het station en het huis van Wiebe van Terwisga in Rijen. Jammer, dat Vancouver geen Olympische titel in het stepklunen te vergeven heeft want de verslaggever had zeker een kans gemaakt op goud. Vervaarlijk slingerend gaat het op de kleine wielen door Rijen. Een staaltje atletiek en balans waar Annette Gerritsen nog iets van kan leren. Na slechts even zoeken wordt het juiste adres gevonden. Er moet nog wel een klein stukje gekluund worden over de met een verraderlijk ijslaagje bedekte tegels in de tuin maar de koude reis blijkt de moeite meer dan waard.

 

Allure

De brouwerij van Wiebe blijkt een thuisbrouwerij van allure. Binnengekomen in het ruimbemeten bijgebouw waar de brouwerij zetelt, springt de knisperende open haard in het oog. Daarna valt dat oog direct op een glanzend koelmeubel van RVS waarop  de in Zuid-Duitsland gekochte brouwinstallatie staat te wachten op de volgende brouwsessie. Om de boel compleet te maken heeft Wiebe dan ook nog een gezellige bar geïnstalleerd waaraan het prettig toeven is. In een open kast lacht een batterij literflessen met beugelsluiting voorzien van mooi etiket mij toe. Natuurlijk lach ik spontaan terug, naar later blijkt met reden want met dit bier is het de moeite om vriendschap te sluiten.

 

Recent

Wiebe is nog maar vrij recent lid van de Roerstok en brouwt ook nog niet zo lang. Het verlangen naar bierbrouwen bestaat echter al heel lang. Jaren geleden leek het hem al heel leuk om eens zelf bier te brouwen maar mede door zijn drukke werkzaamheden kwam het er niet van. Totdat de familiebanden hem de thuisbrouwwereld in trokken.

Wiebe is namelijk verwant aan de ons welbekende Noud van Kempen, al jaren enthousiast lid van de Roerstok en nu moest het er toch van komen. Zo te zien houdt Wiebe niet van half werk, daarbij is hij klaarblijkelijk ook niet lui en al helemaal niet onhandig. Zijn brouwerijgebouw heeft hij grotendeels zelf gebouwd, voor het leggen van een stenen vloer, inclusief vloerverwarming, draait hij zijn hand niet om en ook een schroefdraadje tappen gaat hem gemakkelijk af. Daar zal zijn opleiding als werktuigbouwkundig ingenieur vermoedelijk wel iets mee te maken hebben.

 

Van Duitschen Bloed

De brouwinstallatie waarmee Wiebe werkt, is afkomstig uit het zuiden van Duitsland. Het is even rijden maar dan heb je ook wat. De brouwketel zelf is aan de buitenkant van fraai koper en van binnen roestvrijstaal. De ketel is programmeerbaar, met wat drukken op de knoppen kun je de maischtemperatuur en tijdsduur inprogrammeren. De ketel verwarmt via een slang de maisch met stoom. Dat werkt prima al vindt Wiebe de overgang naar een andere maischtemperatuur soms iets te lang duren. Gelukkig is hij niet voor een gat gevangen en hij heeft dit opgelost door de maisch met een brander even op weg te helpen.

Na het brouwen vindt de vergisting plaats in een via marktplaats voor een spotprijs aangeschaft koelmeubel, oorspronkelijk voor horeca gebruik. Het in RVS uitgevoerde koelmeubel is door Wiebe op wielen geplaatst en is bijzonder handig. Er kan gekoeld vergist worden, een deel kan worden verwarmd en alles is gemakkelijk schoon te maken. Toen hij toch in Duitsland was, heeft hij maar gelijk een batterij literflessen met beugel meegenomen, voorzien van zijn eigen etiket staat dat echt fraai.

 

Plakken

Wiebe brouwt meestal met gedroogde gist die hij bij ons aller Sjef koopt, een enkele keer ook wel met Wyeast, het zelf opkweken van gist zou de volgende stap kunnen worden. In zijn koelmeubel geschiedt de vergisting goed gecontroleerd. Wiebe trekt een fles bier open die een Leffe zou moeten benaderen. Dat doet het bier zeker, sterker nog, naar mijn smaak is het beter dan het origineel want net iets minder zoet en plakkerig dan het origineel. Over plakkerig gesproken, in het dagelijkse leven is Wiebe commercieel directeur van een fabriek die plakband produceert, gelukkig zijn noch  de velpon-achtige smaak van plakband noch kleverigheid in zijn bier te bespeuren.

 

Tap

In zijn bar heeft Wiebe ook de mogelijkheid om te tappen, dat is deze avond niet nodig want er zijn flessen genoeg. Naast de genoemde Leffe heeft hij ook een imitatie van de Grand Prestige gemaakt en er staat ook nog een triple te rijpen. Ondertussen schuift de vrouw van Wiebe, Lianne, ook gezellig aan de bar aan. Zij wil ook wel voortbouwen op de hobby van haar man, ze houdt niet echt van bier maar wat haar wel leuk lijkt is destilleren en dan likeuren maken of een lekkere whisky stoken. Samen moeten de bar over enige tijd mooi kunnen vullen en van diverse zelfgemaakte dranken voorzien. Opkomen zal het wel want de ruimte is prima geschikt voor het geven van een feestje. Dat hadden Wiebe en zijn vrouw allang zelf bedacht. De thuisbrouwerij is natuurlijk wel zo’n beetje de heiligste plek van het huis. Schertsend roept Wiebe “This Is My Church”. De twee kinderen mogen er echter ook nog tafeltennis spelen in deze fraaie ruimte, dus zo serieus is het ook weer niet bedoeld.

 

Trein

Het is dat de N.S. zelf de reistijden bepaalt want anders had de avond waarschijnlijk nog langer geduurd maar de verslaggever moet nog terug naar Tilburg. Op het perron is het koud maar van binnen voelt het lekker warm. Met dank aan de Leffe en niet minder aan het warme onthaal.

 

Paul Langenberg

Terug naar overzicht