Artikelen over Verenigingszaken
| Terug naar overzicht | |
Verslag van de clubavond 12 november 2010 |
december 2010 |
Door: Huub Soemers |
|
VERSLAG VAN DE CLUBAVOND 12 november 2010‘s Morgens Meestal begint het verslag van een clubavond omstreeks acht uur. Dit keer wil ik hier een uitzondering op maken en mijn verhaal in de loop van vrijdag morgen te beginnen, als om kwart over elf in de morgen Chris Bauweraerts bij mij thuis aanbelt. Het begin van een schitterende dag zou later blijken. Onder het genot van een kopje koffie kletsen we gezellig bij en wachten op de komst van Jos Fillius van Duvel Nederland en Kees van Haaren. Via de mail is eerder die week afgesproken om middags voorafgaand aan de clubavond samen een aantal Tilburgse horeca gelegenheden te gaan bezoeken. Nadat Jos en Kees zijn gearriveerd en de nodige koffie is genuttigd, besluiten we eerst even de auto’s van Chris en Jos te gaan lossen bij RKTVV. Gelukkig is Ton Brenders weer bereid om ons hierbij uit de brand te helpen.
‘s Middags Na het lossen van al het bier en heel veel reclamespullen gaan we richting hotel Ibis om Chris te laten inchecken. Na enig overleg wordt besloten om het Trappisten klooster met een bezoek te gaan vereren. Gelukkig beschik ik over het telefoonnummer van de uitbater van het proeflokaal: Toon Gloudemans, die gelukkig bereid is ons gezelschap te ontvangen. Zodra we het terrein van het klooster betreden merk ik aan Chris dat hij al lang niet meer op bezoek is geweest bij brouwerij Koningshoeven. Hij is erg onder de indruk van het schitterende proeflokaal waar we gastvrij door Toon worden ontvangen. Als eerste bier krijgen wij La Trappe Puur aangeboden, een ongefilterd bovengistend kwaliteitsbier met maar 4,7 % alcohol, een bier waar Chris erg van onder de indruk is. Na een paar slokken van het La Trappe Puur komt directeur Thijs Thijsen het proeflokaal binnen gelopen en begroet Chris en de rest van het gezelschap. Van het aanbod om de brouwerij te gaan bekijken maken we graag gebruik. Op weg naar de brouwerij lopen we ook nog Gijs Swinkels tegen het lijf. Ook hij is erachter gekomen dat mister Chouffe himself een bezoek aan de Koningshoeven brengt. Lodewijk Swinkel is die dag helaas niet op de brouwerij aanwezig, iets wat Chris erg jammer vindt. Als eerste bezoeken we de schitterende brouwzaal en gaan via de gistings- en lagerruimtes naar de bottellijn waar op dat moment volop wordt afgevuld. Hierna lopen we via de warme kamers en opslagruimtes naar de lagerruimte waar Quadrupel op oude eikenhouten (port) vaten ligt te rijpen. Als we later weer in het proeflokaal aankomen, mogen we verschillende versies van de op eikenhout gerijpte Quadrupel proeven. Een waar genoegen! Aan de hand van een registratienummer op het etiket kan men via de site van de brouwerij achterhalen op welk soort houten vat het bier heeft liggen rijpen. Chris is erg onder de indruk van al de bieren die de Trappisten tegenwoordig brouwen. In het verleden was hij niet zo erg gecharmeerd van de La Trappe-bieren. Brouwerij Bavaria heeft duidelijk een zeer positieve invloed op de kwaliteit van de bieren van brouwerij De Koningshoeven!
‘s Avonds Gezelligheid kent geen tijd, blijkt weer eens als we op de klok kijken. Nadat we afscheid hebben genomen van onze gastheren en ook Jos Fillius (hij heeft ‘s avonds een trouwfeest), ons jammer genoeg moet verlaten, spoeden Chris, Kees, ondergetekende en de inmiddels ook gearriveerde penningmeester Gerrie naar een Chinees restaurant in Tilburg om een hapje te eten. Na een heerlijke rijsttafel is het inmiddels al bijna half acht en komen we erachter dat we vergeten zijn om stokbrood te kopen. Gerrie en Kees gaan als een speer naar de dichtstbijzijnde Albert Heijn. Chris en ik gaan nog even naar mij thuis en wachten onder het genot van een kopje koffie op Gerrie en Kees. Als die ons later ophalen gaan we snel door naar het paviljoen van RKTVV. Daar aangekomen zien we dat er veel auto’s op het parkeerterrein staan, het beloofd dus een drukke avond te worden. Later blijkt dat er ruim 80 bierliefhebbers op de Slow Brew proeverij van Chris zijn afgekomen! Om acht uur opent onze voorzitter Jos de avond en heet iedereen welkom. In het bijzonder onze gastspreker Chris Bauweraerts en alle nieuwe leden die voor de eerste keer de clubavond bezoeken. Vanwege de cursus die aanstaande is zijn er meer nieuwe gezichten dan normaal. Een nieuw lid wil ik hierbij wel even noemen en dat is mijn oudste zoon Bas die bij het voorstellen de lachers op zijn hand weet te krijgen met de opmerking: “ Ik ben o.a. lid geworden om mijn vader weer eens aan het brouwen te krijgen”. Applaus volgt! Hierna start het vragenhalfuurtje, dat hoofdzakelijk wordt beheerst door vragen over het pakketbier. Veel mensen hebben blijkbaar problemen met het brouwen van de Barley-wine. Een aantal brouwers hebben een beslag gemaakt waar menig bouwvakker jaloers op zou zijn. Blijkbaar zijn de moderne rekenprogramma’s zoals Promash ook niet helemaal perfect! Na een kort vragenhalfuurtje en geen pauze is het rond half negen tijd voor de “Slow Brew Tour of Belgium”. Vanaf het begin heeft spraakwaterval Chris de aandacht van de aanwezigen mensen en vertelt hij leuke anekdotes en bijzonderheden over het bewuste bier of de biergeschiedenis in het algemeen. De spits wordt afgebeten met Duvel het paradepaardje van brouwerij Moortgat. Chris vertelt over het ontstaan van dit hoppige bier en hoe het gebrouwen wordt. Hierbij valt veelvuldig de naam van Hedwig Neven, brouwmeester van Moorgat. Chris is erg onder de indruk van deze brouw ingenieur! Hedwig is mede verantwoordelijk voor een groot aantal technische aanpassingen die de bieren van Moortgat kwalitatief op een nog hoger niveau hebben gebracht. Ook later tijdens de lezing zal zijn naam nog veelvuldig vallen. Na de Duvel is het de beurt aan de Gouden Band van Liefmans. Normaal zijn zure bieren niet aan mij besteed (evenals wijn) maar de Gouden Band is een uitzondering hierop. Naast een fris zuurtje kun je ook wat fruit en houttonen proeven. Nadat mijn smaakpapillen weer enigszins op rust waren gekomen was het de beurt aan een bier wat Chris vanuit Noord-Amerika tijdens een van zijn vele bierreizen voor ons had meegebracht namelijk Ommegang Abbey Ale een heerlijke imitatie dubbel Trappist uit Cooperstown USA met maar liefst 8,5% alcohol. In mijn ogen een van de toppers van de avond! De Ommegang dubbel was de vervanger van de Zwarte Pol. Pol Ghekiere was helaas verhinderd vanwege drukke werkzaamheden bij brouwerij La Chouffe en zijn B&B etablissement. Vlak voor de pauze was het tijd voor Maredsous Tripel, een heerlijk abdijbier van maar liefst 10 % alcohol met een heerlijke aromatische geur en lichte fruittoetsen. Tijdens het proeven vertelde Chris ons aan de hand van zijn vlag een stukje geschiedenis over het ontstaan van Trappisten brouwerijen. De inmiddels ook gearriveerde Christian Roosen mocht tot grote hilariteit van het aanwezige publiek de vlag vasthouden. Na de pauze veranderde het RKTVV-paviljoen in een sprookjesachtige sfeer.
Iedereen ontving een schitterende kaboutermuts die men onmiddellijk moest opzetten. Een tafereel wat in het nabij gelegen Efteling-park niet zou hebben misstaan! Duidelijk was dat de bieren van brouwerij La Chouffe aan de beurt waren! De spits werd afgebeten met het bier waar het voor Chris en Pierre destijds mee begon: La Chouffe een heerlijk bier met 8% alcohol en een heerlijke geur van koriander. Chris vertelde wat over het brouwen van dit bier door de jaren heen en de hoeveelheden die telkens maar weer werden verhoogd, dit mede dankzij de export naar o.a. Canada, Amerika en last but not least Nederland. Door de mutsen en het proeven van de bieren steeg de stemming in de zaal tot grote hoogte. Het volgende bier was de Chouffe-Bok. Het allereerste Belgische bokbier wat ooit in opdracht van een Nederlandse drankengroothandel bij brouwerij La Chouffe werd gebrouwen. Dit bier viel op door zijn pittige smaak ondanks het geringe alcohol percentage van slechts 6%. Na het bokbier was het tijd voor Mc Chouffe. Dit bier lijkt erg op de gewone La Chouffe en krijgt zijn donkere kleur door de toevoeging van bruine kandijsuiker! In de geur herkent men mout en kruiden en volgens Chris stond het recept van Mc Chouffe aan de basis van Celis Pale Ale. Bijna was het tijd voor de “grand finale”. Als voorlaatste bier kregen we het kerst/winterbier Nice Chouffe te proeven. Een bijzonder vol en zwaar bier (10%) wat onder een kerstboom of bij een openhaard nog beter tot zijn recht komt. Na een kleine pauze waarin de inmiddels zwaar beproefde smaakpapillen weer enigszins op rust konden komen was het tijd voor Houblon Chouffe van het vat. Al snel bleek dat dit bier de lieveling was van Chris. Vol passie vertelt hij over het ontstaan van dit bier. Tijdens zijn reizen door Amerika was hij in contact gekomen met de IPA. Terug in België ging hij al snel aan de slag om als eerste brouwerij in België een IPA op de markt te brengen. Omdat een aantal mensen bij La Chouffe een beetje huiverig waren om een dergelijk bitter bier op de markt te brengen stuurde Chris een aantal monsters naar Amerika met het verzoek om het bier als IPA te beoordelen. Monster nr. 3 dat volgens Europese maatstaven behoorlijk veel was gehopt kwam volgens de Amerikaanse proevers een beetje in de buurt. Toch adviseerde men vanuit de USA om nog veel meer hop te gaan gebruiken. Zo gezegd, zo gedaan en de Houblon Chouffe was geboren. Inmiddels krijgt iedereen een heerlijk glas Houblon Chouffe waarin de geurige hop aroma’s de boventoon voeren. Naast hop ruikt en proeft men ook licht fruit zoals perzik en abrikoos. Niets voor niets de favoriet van Chris! Ook voor mij en vele andere Roerstokleden de absolute topper van de avond! Hierna werd Chris door Theo Stapels bedankt voor de geweldige proeverij en lezing die tot bijna middernacht voor bijna iedereen bleef boeien. Hierna begon het informele gedeelte wat naadloos overliep in het opruimen. Toen we na het opruimen nog wat gezellig na zaten te kletsen met Chris en een groot aantal Roerstokkers al naar huis was vertrokken, bleek dat we de verrassing van de avond vergeten waren te presenteren. Deze lag namelijk al vanaf het middaguur in de vriezer op ons te wachten: “Esprit d’Achouffe 2002”. Na in een kleine groep nog te hebben genoten van deze gedestilleerde kabouter vielen bij de meeste aanwezigen de oogluiken dicht en was het tijd om Chris naar zijn hotel te brengen. Hier namen Gerrie en ik om 3 uur afscheid van Chris. Ook voor ons tijd om naar huis te gaan. Hierbij wil alle mensen bij Duvel Nederland heel hartelijk bedanken voor deze geweldige avond. Ook dank aan al de mensen van De Koningshoeven. Een speciaal woord van dank gaat ook uit naar Jos Fillius, vertegenwoordiger van Duvel Nederland. Last but not least wil ik mede namens alle Roerstokleden Chris Bauweraerts hartelijk bedanken voor de geweldige avond en schitterende dag die ik persoonlijk met hem, Jos, Kees en Gerrie heb mogen beleven. Huub Soemers De Roerstok bedankt hierbij brouwerij Moortgat en Duvel Nederland voor het ter beschikking stellen van de bieren tijdens “De SLOWBREW Tasting” van 12-11-2010. |
|
| Terug naar overzicht | |
Excursie Westmalle |
november 2010 |
Door: Rene Stenvert |
|
EXCURSIE WESTMALLE
“Mamma, wat zijn die meneren daar aan ’t doen?”. Deborah en haar moeder lopen net uit het zwembad Stappegoor de parkeerplaats op. “Die mensen zijn een auto aan het vol stapelen met kratten bier. Ik ben benieuwd of dat allemaal in de auto past”. Deborah vult haar moeder aan: “Nou, ze nemen nog meer kratten mee dan pappa altijd doet…”.
En het begint die woensdagochtend nog zo rustig. Een groepje Roerstokvrijwilligers staat in de herfstzon te wachten op hun vervoer naar het Belgische dorpje Westmalle. Het bestuur van de vereniging heeft deze vrijwilligers uitgenodigd om deel te nemen aan een uniek bezoek aan de beroemde brouwerij in het Trappistenklooster West Malle. Deze gelegenheid werd natuurlijk door iedereen enthousiast aangegrepen. Even later stonden ze voor de poort van het klooster West Malle. De strenge muren en zware metalen poort hadden een Colditz-achtige uitstraling, maar dat veranderde allemaal plotsklaps toen de deur openschoof…de binnenplaats van de brouwerij werd zichtbaar. Behalve het prachtige uitzicht, bemerkten ze een mengeling van allerlei heerlijke geuren van het brouwproces welke hun meteen in een uitgesproken staat van extase brachten. De gids Patricia kreeg een kudde gasten rond te leiden die haar allemaal verliefd aanstaarden. Even dacht Patries dat de verliefdheid op haar eigen persoontje gericht was, maar later besefte ze dat alle Roerstokkers gewoon gelukkig waren. Toen iedereen zich een tijdje later tegoed deed aan twee bekers vol met gist, begon onze gids toch wel een beetje te twijfelen aan de gesteldheid van de groep…maar ik ga iets te snel.
Patricia bracht ons eerst naar een plek met uitzicht op het klooster, waar nog altijd twintig Trappisten en vier Trappisten-in-opleiding verblijven. Meer dan een blik werpen op de muren was niet toegestaan, maar dat deerde ons niet. Daar kwamen we niet voor. De volgende stap was veel interessanter: de brouwerij. Mét prachtige maischketel, mét twee schitterende (stoom)kookketels en mét brouwer, die ons geduldig te woord wilde staan. We proefden van de Saaz & Tsjechisch hop en we onderzochten de blikken vloeibare hop. We waren werkelijk in de hemel beland! Vervolgens maakten we een tochtje langs de horizontale gistkamers. Daar werd je als amateurbrouwer weer eventjes terug op aarde gestort: zo’n hoeveelheid gist zag ik nog nooit bij elkaar. Ik sta al te juichen als ik spontane gistactiviteit bespeur in mijn eigen gistbakjes, maar van zo’n enthousiaste bende als bij de Trappisten kan ik alleen dromen. Hier bood Patricia ons ook wat gist aan, in 2 grote trappistenglazen. De inhoud werd natuurlijk in vele kelen opgeslorpt. De gids wist toen zeker dat ze met een stelletje fanatici van doen had!
Nadat we een paar Roerstokleden waren kwijtgeraakt op de schrootzolder, bedacht onze gids dat het misschien verstandiger was om ons in de gastenruimte te verwennen met een paar trappistenproducten: ik heb niemand horen klagen. Na een paar biertjes en een enorme berg kaas, was het tijd voor de cadeautjes voor Patricia en het afscheid van de brouwerij. Maar niet nadat we de hele voorraad Trappist Extra hadden opgekocht in het kloosterwinkeltje. En dat verklaart dan weer de opmerking van Deborah aan het begin van dit verslag. Toevallig bleek er aan de overkant van het klooster ook nog een uitspanning te zijn, alwaar we in recordtempo een paar Dubbels & Trippels moesten nuttigen. Och èrme. Na een lezing van Jacques werd duidelijk dat bier zonder esters hetzelfde is als Esther zonder borsten. Het is maar dat je ’t weet. Omdat er nog meer tijd en een overvloed aan verschillende bieren over waren, moesten we daar maar eens gebruik van gaan maken. Waar kan je dat beter doen dan in Café Den Spijtigen Duvel in Turnhout? Nou, in Kandinsky of Burgermeester Jansen of Zomerlust, maar we kwamen toch langs Turnhout, dus de keuze voor Den Spijtigen Duvel was logisch. We zijn later die dag weer netjes afgezet in Tilburg. En ik meld me alvast aan als vrijwilliger… het maakt me niet uit wat ik moet doen! “Mamma, wat doet die meneer nou tegen dat heggetje aan?”, vraagt Deborah. Moeder roept: “Gètver Deborah, kijk maar snel de andere kant op!”
René Stenvert |
|
| Terug naar overzicht | |
In Memoriam |
september 2009 |
Door: Huub Soemers |
|
|
IN MEMORIAM Albert van Kaauwen 1937 - 2009 Onlangs bereikte ons het droevige bericht dat oud Roerstoklid Albert van Kaauwen is overleden. Albert was al een aantal jaren geen lid meer van onze vereniging maar het leek ons niet meer dan normaal om dit droevige nieuws onder jullie aandacht te brengen. De meeste van jullie zullen Albert nog wel herinneren als een groot, rustig en serieus iemand. Na het volgen van de bierbrouwcursus werd Albert lid van onze vereniging. Bijna elke 2e vrijdag van de maand bezocht hij trouw de clubavonden, waar hij meestal met een vast groepje leden aan een tafel zat te genieten van wat komen ging. Tijdens deze avonden stak hij veel op en dit resulteerde in een aantal bijzonder lekkere bieren waarvan de recepten anno 2009 nog steeds op de verschillende biersites staan vermeld. Wie kent niet zijn indrukwekkende “Russian Imperial Stout” en het beroemde “Groene Dupke”. In de loop van de jaren wist Albert diverse 1e prijzen in de wacht te slepen, niet enkel tijdens de clubwedstrijden maar ook op het ONK van 1990 ging Albert met een 1e prijs naar huis. Ook was hij altijd bereid om iets voor de vereniging in elkaar te knutselen, want naast een goede brouwer was hij ook een meester in het houtbewerken. Kroon op zijn werk voor onze vereniging was de imposante Roerstok die jaren lang dienst deed als wisseltrofee voor vele Nederlandse kampioenen. Een paar jaar geleden verhuisde Albert en zijn vrouw Thea naar een schitterend appartement aan de Besterdring en mede hierdoor was Albert genoodzaakt om met het thuisbrouwen te stoppen. Samen genoten ze nog van hun kinderen, kleinkinderen en trokken er regelmatig nog op uit voor een wandeling in de natuur, een terrasje pikken, of een cultuurreis naar een ver en vreemd land. Een paar jaar gelden werd Albert ziek en in april van dit jaar is Albert thuis gestorven. Hierbij wensen wij Thea, kinderen en kleinkinderen heel sterkte toe bij het verwerken van dit enorme verlies. Namens het bestuur, Huub Soemers
|
|
| Terug naar overzicht | |
Sprekers op clubavond Maart 2009 |
maart 2009 |
Door: Frits Haen |
|
|
LA VIEILLE FORGE
Sinds het januarinummer van dit jaar hebben wij dankzij “Opper-Chouffe” Christian Bauweraerts weer een nieuwe adverteerder mogen begroeten. “La Vieille Forge” is een oude smidse uit 1710 gelegen in een typisch rustig Ardenees dorpje, Mont, bij Houffalize, vlakbij de brouwerij van La Chouffe. Hier kan men terecht voor Beer, Bed & Breakfast. Uitbaters zijn Tine en Pol die tevens gids is in Achouffe. Voor meer informatie over de mogelijkheden van overnachtingen e.d. verwijs ik graag naar de advertentie verderop in het clubblad Komende clubavond is Pol Ghekiere ook een van onze gasten en speciaal voor deze gelegenheid heeft hij samen met Derek Walsh (wie kent hem niet?) op 13 februari van dit jaar een zeer bijzonder bier gebrouwen. Hieronder volgt een klein verslag geschreven door Christian Bauweraerts himself, die komende clubavond helaas niet aanwezig kan zijn i.v.m. andere (bier)verplichtingen in de USA. Ook de foto’s zijn door Christian gemaakt.
Brouwdag bij Interpol De infrastructuur van Pol & Tine is duidelijk een paradijs voor thuisbrouwers. Pol brouwt er bieren om "U" tegen te zeggen. Hij brouwt 2 verschillende bieren: ”De Witte Pol” (een tarwebier van 4,5 vol. % Alc.) en “De Zwarte Pol” (een donker Bier van 9,0 vol. % Alc.). “De Zwarte Pol” is de voorloper van de "Kuvee Elektrik" dat nu door brouwerij “Smisje” per brouwsels van 16 hl in Mater/Oudenaarde gebrouwen wordt. Het basisrecept van de Kuvee Elektrik komt nog van Christian Van Haeverbeke, de brouwmeester van Achouffe, die voordien in andere brouwerijen actief was en van een bepaalde brouwerij een recept meehad van een donker bier dat 80 IBU had. Dit bier werd sinds meer dan 10 jaar niet meer gebrouwen.
Vrijdag 13 februari..... Het is zover, thuisbrouwpaus Derek Walsh is opgeklommen naar het hoger gelegen "Mont". Mont betekent berg, de Mont in kwestie is gelegen tussen de bottelarij van Fontenaiile en de brouwerij van Achouffe. De brouwerij en de bottelarij horen toe bij de groep Duvel-Moortgat.
Het bier dat Derek & Pol hebben gebrouwen zal op vrijdag 13 maart bij maandelijkse clubavond van "De Roerstok" geproefd kunnen worden. Pierre Rajotte en Marc Andries zullen er dan ook bijzijn. Marc Andries brouwt zijn Kessel bier in een "industriële thuisbrouwinstallatie" dat ontworpen werd door de Canadese thuisbrouwer Pierre Rajotte. Indien iemand een foto wenst in zwaarder formaat, dan kan hij mij die gerust vragen. Wel het exacte fotonummer er bij voegen.
Christian Bauweraerts
PIERRE RAJOTTE
Brouwer, schrijver en leverancier van brouwapparatuur Pierre Rajotte, wie kent hem niet, deze Canadese thuisbrouwer? Is het niet van zijn boeken (The first steps in yeastculture en Belgian Ales) dan wel van zijn fameuze brouwinstallaties. Eind zeventiger jaren begon hij al met het thuisbrouwen. Al snel kwam hij erachter dat de destijds aangeboden (gedroogde) gist niet het gewenste resultaat gaven. Hierdoor ging hij zich meer verdiepen in het opkweken van gist. Zijn ervaringen kwamen hem later weer te pas bij het schrijven van het boek “The first steps in yeastculture”. Een boek dat destijds door Martin Hofhuis in het Nederlands vertaald is en gretig aftrek vond bij thuisbrouwend Nederland. Eind tachtiger jaren begon hij met het bouwen van brouwinstallaties. Het bewijs dat hij dit goed en tegen een betaalbare prijs doet is te zien bij de Marc Andries zijn brouwerij “De Vlier”. Komende clubavond beantwoordt Pierre vragen over het brouwproces.
MARC ANDRIES IS DE NAAM
Marc studeerde af aan de Vrije Universiteit Brussel als ingenieur in de scheikundige en landbouwindustrieën. Met die bagage aan kennis zou hij nadien een heel gevarieerde loopbaan opbouwen.
Meura Eerst ging hij aan de slag bij de firma Meura, de grootste producent – zeker in België – van materiaal voor de brouwerij-industrie. Marc werkte er vooral rond gistingssystemen, o.a. systemen voor gistpropagatie, maar vooral toch de ontwikkeling van de Immobilised Yeast Fermentor (IYF) was zijn ‘ding’. Zoals hierboven al gezegd, is dit een systeem waarbij de vergisting van wort tot bier – een proces dat op de traditionele manier verschillende dagen in beslag neemt – kan gereduceerd worden tot één dag. Vereenvoudigd en beeldend voorgesteld komt het er eigenlijk op neer dat het klassieke systeem omgekeerd wordt. Klassiek is het het wort dat stilstaat en de gistcellen zwemmen er in rond om de suikers op te sporen en op te eten. Bij de IYF zitten de gistcellen vast op de wand van poreuze keramische buisjes, waardoor het wort stroomt. De gistcellen hoeven dus alleen maar ‘toe te happen’ in de voorbijstromende suikers en hoeven geen verdere inspanning te leveren (meer info: zie Den Bierproever nr. 54, januari 1999). De ontwikkeling van het procédé tot een commercieel haalbaar en verkoopbaar resultaat vergde echter zware investeringen, en om een lang verhaal kort te maken: Meura was niet bereid die investering te doen, zodat het project in feite stilaan doodbloedde.
Achouffe Onder meer daarom verliet Marc Andries het bedrijf Meura. Gedurende een jaar was hij dan actief in Brasserie d’Achouffe, waar zijn verantwoordelijkheden vooral op het technische vlak lagen, meer bepaald het opvolgen van de productie. Tegelijkertijd was hij ook actief in de in 1993 heropgestarte brasserie Piron in Aubel, waar de brouwerij van Achouffe in 1996 een meerderheidsparticipatie had genomen. Daar experimenteerde hij verder met het continue gistingssysteem. De commerciële partner in brouwerij Piron ging echter failliet en Brasserie d’Achouffe besloot niet verder te gaan met de brouwerij in Aubel. Tijdens deze periode van zijn beroepsleven was Marc ook deeltijds aan de slag aan de Katholieke Universiteit Leuven, waar hij instond voor de begeleiding van studenten bij hun eindejaarswerk.
Haacht Rond die tijd leerde Marc ook zijn huidige echtgenote kennen en die zag een verhuizing naar het verre Achouffe eigenlijk niet zitten. Marc verliet dus Achouffe en ging aan het werk in de brouwerij Haacht in Boortmeerbeek, waar men op dat moment iemand zocht om de bottelarij te leiden en een project mee op poten te zetten om een nieuwe bottelarij te installeren en op te starten. Het werd een periode waarin hij niet alleen zijn technische kennis optimaal kon benutten, maar waarin hij ook heel wat ervaring verwierf in het leiden en motiveren van een relatief grote groep werknemers.
Zonnecellen Door de ervaringen in Achouffe en Haacht had Marc eigenlijk te smaak te pakken gekregen in het opstarten van productielijnen en toen het project rond het installeren van een nieuwe bottelarij in Haacht achter de rug was, verliet Marc de brouwerij om in een bedrijf in Tienen in wezen hetzelfde te gaan doen, maar dan op een totaal ander gebied: het opstarten van een productielijn voor de fabricatie van zonnecellen. Hij werkte er gedurende vier jaar, om nadien in Nederland in een ander bedrijf, dat eveneens zonnecellen vervaardigde, zijn bezigheden voort te zetten. In de zomer van vorig jaar werd hij benaderd door Liefmans Breweries om het productieproces in de brouwerij, die in zware financiële moeilijkheden zat, eens volledig terug op poten te zetten. Marc wilde hier wel op ingaan, maar diende eerst zijn contract in Nederland af te werken. In principe had hij begin januari van dit jaar aan de slag kunnen gaan in Dentergem, maar zoals bekend ging Liefmans Breweries net voor Kerstmis failliet en kwam er van de geplande overgang niets in huis.
Eigen brouwerij Die onvoorziene omstandigheden brachten een al lang sluimerend project plots in een echte stroomversnelling: het opstarten van een eigen brouwerij. Weliswaar werkte bij in de eerste helft van dit jaar nog als ploegleider bij Côte d’Or om toch een inkomen te hebben, maar het was vanaf het begin de bedoeling dat zijn brouwerij een full time beroepsbezigheid zou worden. Op 10 maart 2008 werd de BVBA Brouwerij De Vlier officieel opgericht, een eerste grote stap. Als locatie werd een leegstaand gebouw in het centrum van de Leuvense deelgemeente Kessel-Lo gevonden, waar vroeger het café Bieduif’ke was gevestigd. De keuze van een naam voor de nieuwe brouwerij vloeide voort uit de streeknaam Vlierbeek en het werd dan ook brouwerij De Vlier. In april werd het besluit genomen om een volledig nieuwe brouwinstallatie aan te kopen. Door zijn werkzaamheden bij Meura en in de brouwerijwereld was Marc bevriend geraakt met Pierre Rajotte, een Canadese leverancier van kleine brouwerij-installaties van goede kwaliteit aan betaalbare prijzen (en ook auteur van het boek “Belgian Ales”). De brouwketels en tanks werden geleverd begin juni en onmiddellijk geïnstalleerd, zodat nog diezelfde maand kon gestart worden met proefbrouwen. Begin juli werd al het eerste bier op grote schaal gebrouwen. Op het ogenblik van ons bezoek brouwde Marc Andries 500 liter (één brouwsel) per week. Hij wil echter zo snel mogelijk overgaan naar 1500 liter per week. Daartoe worden twee bijkomende gist- en lagertanks van 1000 liter geïnstalleerd.
Bron : Interview met Casimir Elsen (Zythos)
DEREK WALSH
Thuisbrouwer, schrijver, keurmeester Derek Walsh van geboorte Canadees is vooral bekend als thuisbrouwer, assistent van beerhunter Michael Jackson †, bierkeurmeester en medeoprichter van de bierbrouwvereniging SNAB. Een paar jaar geleden verscheen van zijn hand de Biertypegids. Dit 143 bladzijden tellende boekwerk, in handig formaat, is niet het zoveelste boek over bier. Er staan geen brouwerijen opgesomd met hun assortiment, geen geschiedenis, brouwprocessen, foto's of marketingverhalen. Nee, het is eerder een technisch bierbijbeltje alleen bedoeld voor (thuis)-brouwers, keurmeesters en ervaren bierproevers.
Derek heeft in de gids zelf duidelijk zijn bedoeling uitgelegd: Hij wilde een gids samenstellen met technische en recepteninformatie; objectieve smaak- omschrijvingen en proefformulieren voor gevorderden. Daarnaast is Derek er in geslaagd om misverstanden over biertypen te corrigeren en tenslotte om minder bekende biertypen uit te diepen en proevers en zelfbrouwers nieuwe uitdagingen te geven. Sinds 1999 is Derek bezig geweest met het samenstellen van deze gids. Er ging ook geen bierfestival voorbij of je kwam hem tegen met zijn laptop, thermometer, pH-meter en zijn onafscheidelijke mini-proefformuliertjes.
In minder dan twee jaar heeft hij zo'n 400 bieren gekeurd; het objectief proeven en het onderbrengen in typen en research world-wide dwingen respect af. Het is ook al weer een paar jaar geleden dat we hem op onze clubavond met een zeer boeiende lezing mochten verwelkomen. Toen al sprak hij van biertypen in plaats van biersoorten en zijn eigenzinnige achterliggende gedachte hieromtrent. Het voorwoord van zijn boek is, niet geheel onverwacht, geschreven door Beerhunter Michael Jackson †, beide zijn Engelstalig en Derek is jarenlang correspondent voor Michael geweest in Nederland. Ook was Derek medewerker bij de TV-serie 'the Beerhunter' 'Derek is a passionate, but demanding, beer-lover and a brewer of distinction. I shall be consulting his new work for its detail, clarity and accessibility...'
|
|
| Terug naar overzicht | |
De Roerstok van Soekmekaar naar KBO |
september 2007 |
Door: Kees van Haaren |
|
|
Wat ging er aan vooraf Zoals jullie inmiddels allemaal zullen weten gaat De Roerstok verhuizen. Vanaf 1989 zijn we gehuisvest in buurthuis Soekmekaar aan de Generaal Kockstraat in Oerle. Deze locatie staat op de nominatie om in 2008 gesloopt te worden. Daarvoor in de plaats komt een nieuw buurthuis aan de Trouwlaan. Het bestuur van De Roerstok heeft onderzocht of wij hier terecht zouden kunnen en zo ja, onder welke condities. Alhoewel we waarschijnlijk daar wel onderdak hadden kunnen krijgen heeft het bestuur toch besloten om hier geen gebruik van te maken. Er waren te veel onzekerheden. Wel was duidelijk dat we daar niet onze eigen identiteit konden handhaven en dat we als een van de vele huurders gezien zouden worden. Bovendien werd ons al direct te kennen gegeven dat de locatie aan de Trouwlaan vooral een ‘wijkgebeuren’ moest worden en dat wijkactiviteiten ook te allen tijde voorrang zouden krijgen. Kortom geen goed verhaal. Niet doen dus was onze conclusie. Behalve de nieuwe locatie aan de Trouwlaan zijn er nog verschillende opties bekeken en locaties bezocht. Dit alles zonder resultaat. De gouden tip! Een oproep onder de leden heeft geresulteerd in diverse tips over mogelijke locaties. Voorop stond bij het bestuur dat we zo veel mogelijk onze eigen verenigingsactiviteiten moesten kunnen blijven behouden. Ook moest het als het kon ‘ergens anders in Tilburg zijn’ en natuurlijk speelde ook het financiële plaatje, de fysieke omstandigheden en de mogelijkheden voor wat betreft onze verenigingsactiviteiten een rol. De gouden tip kwam uiteindelijk van Frits Haen: het KBO-gebouw aan het Kreverplein 27 in Tilburg-Noord. Of het feit dat Frits op een steenworp(je) afstand van deze locatie woont ook een rol heeft gespeeld laten we even in het midden. Feit is wel dat Frits bekend was met/bij de mensen van KBO Heikant/Quirijnstok en dat we daar uiteindelijk ook ons voordeel mee hebben kunnen doen. Frits, vanaf deze plek nogmaals dank daarvoor! Een nieuwe toekomst Het bestuur van Soekmekaar is begin juni door de voorzitter geïnformeerd omtrent ons voornemen om in Tilburg-Noord onze intrek te nemen. Uiteindelijk heeft onze vereniging vanaf 1989 onderdak genoten in Soekmekaar en dat is toch een hele tijd. De onzekerheden omtrent de toekomst indachtig kon men daar ook begrip voor opbrengen. In de maand juni hebben we met het bestuur van KBO op een zeer prettige wijze onze samenwerking vorm kunnen geven. Op grond daarvan hebben wij er alle veertrouwen in dat De Roerstok een mooie toekomst tegemoet gaat in ons nieuwe clublokaal. Dat daarmee ook een nauwe band ontstaat met KBO staat buiten kijf en wij zien dit als een meerwaarde. Op de komende clubavond staan we nog eens stil bij de wijze waarop we elkaar gevonden hebben. Voeten vegen…! Uiteraard horen bij onze intrek in het clubgebouw van KBO ook huisregels waar we ons aan te houden hebben. Het gaat te ver om deze hier integraal te noemen maar op de komende clubavond kom ik hier nog op terug. Voeten vegen bij binnenkomst hoort daar vanzelfsprekend bij evenals andere regels van opvoedkundige aard. Maar dat mag geen probleem zijn, een beetje Roerstokker is goed gemanierd. In principe blijven we onze opzet van de clubavond behouden. Zowel qua programmering alsook met betrekking tot de wijze waarop we de avond door kunnen brengen zijn geen noemenswaardige veranderingen doorgevoerd. Zo hebben we in goed overleg met KBO onze klimaatkast kunnen herplaatsen, kunnen we onze eigen bieren blijven schenken en zijn we overeengekomen dat we onze spullen meenemen en op kunnen slaan in een door ons te maken kast. Met name Herman Beeke heeft ten aanzien hiervan veel werk verzet, dank daarvoor Herman! Inmiddels hebben datgene wat afgesproken is opgetekend in een ‘contract voor onbepaalde tijd’ zodat we de komende jaren weer volop vooruit kunnen met onze verenigingsactiviteiten. ‘Een goede toekomst’ dat is wat ik jullie en onze vrienden van KBO Heikant/Quirijnstok wens! We heffen op 14 september het glas op een fijne samenwerking, zorg dat je erbij bent! ROUTEBESCHRIJVING NAAR HET KREVERPLEIN Komende vanaf Breda, Den Bosch of Eindhoven richting Waalwijk/Efteling volgen. Bij de afslag Tilburg-Noord linksaf (de Baggerweg). Na een paar honderd meter bij de verkeerslichten de Vlashoflaan oversteken. Je komt dan in de Sweelincklaan. Na 300 meter de tweede straat rechts (Van Anrooijlaan). Na 300 meter zie je dan aan de rechterkant het gebouw van het KBO liggen aan het Kreverplein. |
|
| Terug naar overzicht | |
Bierbroeders |
mei 2024 |
Door: Paul Langenberg |
|
|
BIERBROEDERS Vorige keer Deze keer Ontvangst Assortiment De reis wordt vervolgd
Paul Langenberg |
|
| Terug naar overzicht | |
De Hofbrouwers |
april 2011 |
Door: Marc Vriens |
|
De Hofbrouwers
Al menigmaal was de discussie ontstaan over het ontbreken van een eigen gebrouwen bier in de koelkast tijdens onze clubavonden. Als amateurbier-brouwvereniging is het toch van de gekke dat je op een clubavond alleen een fustbier te keuren krijgt en verder aangewezen bent op louter en alleen commerciële bieren. Niet dat er iets mis is met commerciële bieren, maar het misstaat een fiere club als De Roerstok, dat het je geen zelfgebrouwen bieren schenkt. Tijdens de clubkampioenschappen proeven we elkaars brouwsels en die smaken over het algemeen prima. Dus waarom niet eens aan de slag! Niet alleen lullen over bier maar ook onze glazen vullen, maar dan met eigen gebrouwen bier Nadat er een oproep kwam hebben we met een aantal leden de koppen bij elkaar gestoken en zijn in navolging van het brouwen voor het lustrumfeest weer gezamenlijk aan het brouwen geslagen maar dan nu om de koelkast steevast te voorzien van een eigen gebrouwen bier. De keuze viel op een Tripel, en eind december zijn we gestart bij Frans Hendriks z’n brouwerij de Legende op De Ganzenhof. Frans heeft een flinke brouwcapaciteit van ca.100 liter en dat schept mogelijkheden om volkdoende voorraad te maken voor een heel jaar clubavonden. Naast dat we blij zijn een mooi eigen gebrouwen bier op de clubavond te verzorgen is het vooral hartstikke gezellig om met z’n vijven aan het brouwen te zijn. We zorgen natuurlijk goed voor onszelf, lekker bakkie koffie met iets lekkers, goede lunch en vooral proeven van elkaars gebrouwen bieren. We kunnen je verzekeren dat dit het gezamenlijk brouwen in miniatuur is en kaai gezellig, een aanrader voor andere leden. Spreek met elkaar af en ga aan de slag. Zorg dat de koelkast in no time vol staat met eigen gebrouwen product, van brouwers voor brouwers dat moet het motto zijn. Financieel is het in het begin even iets investeren, maar na levering van je bier aan de club komt er weer geld retour waar je nieuwe brouwsels mee kan financieren. Maar naast het financieel plaatje is het gewoon gezellig en geeft het voldoening als je ziet dat het eigen gebrouwen bier rijkelijk vloeit tijdens de clubavonden. Dus roepen we alle leden op om ook brouwclusters te vormen. En laten we vooral niet te kritisch zijn over de resultaten, belangrijkst is dat we ons eigen bier op de clubavonden verzorgen. Het recept is opgenomen als recept van de maand.
De Hofbrouwers, Frans, Henk, Louis, Ton en Marc |
|
| Terug naar overzicht | |
Excursie Brouwerij Emilisse 30 april 2010 |
mei 2010 |
Door: Gerrie Hage |
|
VERSLAG EXCURSIE 30 April 2010
Koninginnedag Er was een regenachtige dag voorspeld. Op Koninginnedag in Hoogvliet heb je geen wekker te zetten want het is de gewoonte om op brommers te gaan rijden zonder uitlaat rond ongeveer 6 uur. Dus ik was op tijd wakker voor de reis naar Tilburg. In Tilburg op weg naar het station daar aangekomen was het minder druk dan verwacht. We waren met 3 man. Maar dat veranderde in korte tijd. Het beloofde een mooie dag te worden.
De reis Om 8:30u reden we Tilburg uit. Dat was voor het Brabantse een hele snelle start. We gaan weer naar Brugge. Vele onder ons herinneren zich de vorige reis nog. Dat was er ook een met hindernissen maar daar hebben we het niet meer over. Bij Breda ging de bus ineens minder hard rijden terwijl de borden boven de weg toch 50 aangaven. Het blijkt in België te betekenen 50 meter per uur. Met ons dachten er nog eens duizenden landgenoten om richting het zuiden te gaan rijden. Na een half uur toch maar even gaan bellen naar de Halve Maan dat het toch later wordt. Na nog een half uur lijkt het echt niet harder te gaan. Op de radio werd een melding gemaakt van 45 kilometer file tot Antwerpen. Om 10:45u nog steeds niet in Antwerpen. Het publiek in de bus gaat zo langzaamaan een beetje morren. De excursie commissie is in beraad gegaan en heeft met hulp van de chauffeur (Cheriel ) voor een alternatief gekozen. Brugge was weer niet te halen. We gaan naar Antwerpen, naar Huisbrouwerij ’t Pakhuis.
Huisbrouwerij ’t Pakhuis Het was een mooi alternatief. We konden iedereen een aantal mooie bieren laten proeven. De eerste ronde was zo besteld en snel op tafel. Na een korte introductie kon iedereen de brouwerij bekijken. De eigenaresse Veronique kwam op verzoek toch even wat meer vertellen hoe het allemaal verlopen is met de brouwerij. De brouwerij is in 1996 geopend door een aantal mensen onder toeziend oog van Brouwerij Sterkens. Er waren geen opvolgers voor de brouwerij die is dan ook helemaal plat gegooid. ’t Pakhuis is sinds deze week helemaal in handen van de eigenaren. De brouwerij is uitgekocht. De brouwmeester is Louis Meulders. Er zijn 3 bieren die altijd op de tap aanwezig zijn: - Antwerps Blond bier van 5,1% alc - Antwerps Bruin bier van 5,5% alc - en de trots van de brouwerij Nen Bangelijke van 9,5% alc. De bieren waren heel goed van smaak. Om 13:00u was het weer vertrekken.
Lunch In de bus werden de broodjes, krentenbollen en pakjes drinken uitgedeeld die gesmeerd en belegd waren door Fon en Joop. Heel bijzonder waren de glad gestreken blaadjes sla. Keurig verzorgd.
Brouwerij Emelisse Om 14:30u werden we verwacht bij Brouwerij en Restaurant Emelisse. De reis ging wonderwel zonder oponthoud. We hadden geen last van de controles die in gang waren gezet om de koningin een mooie dag te bezorgen. Misschien was dit de reden dat wij ook geen file hadden. We werden hartelijk ontvangen. Eerst een biertje aan de tap. Er zijn verschillende bieren van de tap. Ik ben begonnen met Emelisse Double IPA, dat is een hele mooie IPA. Hij is heel mooi in evenwicht en je proeft zeker niet dat het 9% is. Daarna start de rondleiding. Kees Bubberman vertelt vol overgave hoe hij van zijn hobby zijn beroep heeft kunnen maken. Hoe de brouwerij is ontstaan. Daarna naar de kelder. Hier kwam iedereen aan zijn trekken. Kees vertelde alles hoe hij brouwt. Er werden vele vragen gesteld en beantwoord op een hele open en eerlijke manier zo als we nog nooit hebben meegemaakt. Er werd aandachtig en met veel plezier geluisterd naar de antwoorden. Toen ging er een fles open met een minder geslaagd bier zoals Kees het noemde. Er werd geproefd en geroken en men kwam al gauw tot de conclusie dat er niets aan mankeerde en dat het zo mee kan doen aan het ONK. Toen wilde men steeds meer proeven en werden de glaasjes gevuld direct uit de gistvaten. Er volgde steeds weer een discussie wat heel verhelderend was. Kees heeft het goed voor elkaar en wat al bekend was, hij is een goede brouwmeester. Op naar boven naar de bar om de rest van de bieren te proeven. We kregen weer proefglaasjes met alle bieren. Hij brouwt hele mooie en bijzondere bieren zoals de Stout en de Espresso Stout. Zelfs het Rauchbier is voor een keer lekker. Al is dit geen bier waar mijn voorkeur naar uit gaat. Ik eindigde de middag met de IPA. Toen was het weer tijd om te vertrekken en iedereen ging voldaan in de bus. De terugreis ging vlot en rustig. Joop kreeg toch nog een biertje in zijn glas dat hij meeneemt in een metalen koker. Hij heeft geleerd van eerdere excursies. We waren mooi op tijd terug in Tilburg. We kunnen terugkijken op een geslaagde excursie. Bedankt Theo, tot de volgende excursie.
Gerrie Hage
|
|
| Terug naar overzicht | |
Excursie in bierbrouwend België |
november 2011 |
Door: Kees van Haaren |
|
Sfeerimpressie van een unieke dag op stap met De Roerstok in bierbrouwend Belgie
|
|
| Terug naar overzicht | |
Excursie naar Chimay 30 april 2008 |
april 2008 |
Door: Huub Soemers |
|
|
CHIMAY Roerstokexcursie 30 april 2008 Vooruitlopend op de excursie die we komende Koninginnedag gaan maken wil ik met onderstaand stukje jullie alvast een beetje in de stemming brengen voor deze geweldige reis. Met behulp van o.a. het door Jef van den Steen geschreven boek “Trappist - het bier en de monniken” en een speurtocht op Internet heb ik geprobeerd een stukje van de mysterieuze sluier op te lichten die rond veel van de bierbrouwende kloosters hangt. Ik ben natuurlijk niet volledig en er blijven altijd zaken geheim. Dat moet natuurlijk zo blijven. In het verleden bezochten we met onze vereniging al een aantal Trappistenbrouwerijen. Zo waren we al twee keer te gast bij Westmalle en Orval, bezochten we ook Rochefort, Achel en “last but not least” de Koningshoeven in Berkel-Enschot. Binnenkort gaan we dus naar een van de meest commerciële Trappistenkloosters, n.l. dat van Chimay. Hopelijk is het mogelijk om in het lustrumjaar 2009 (als we het 25-jarig bestaan van onze vereniging gaan vieren) een bezoek te brengen aan de Trappistenbrouwerij van Westvleteren. Dan is de serie helemaal compleet! Een stukje geschiedenis Wat is nou eigenlijk Trappistenbier? Trappistenbier is een bier dat door Trappistenmonniken van de orde der Cisterciënzers binnen de muren van een klooster wordt gebrouwen. Verder moet een groot gedeelte van de winst naar een goed doel gaan. Commercieel is hier in het verleden al menigmaal onenigheid over ontstaan. Wie herinnert zich niet de klucht rond het “Trappistenkeurmerk” toen Bavaria de roerstok overnam bij de Koningshoeven in Berkel-Enschot. Een ding is zeker: Een Trappistenbier is een heel bijzonder bier! Het bier wordt slechts bij 7 verschillende kloosters in België en Nederland gebrouwen en wel in Orval, Chimay, Rochefort, Westmalle, Westvleteren, Achel en Berkel-Enschot. De naam Trappist verwijst naar de abdij La Trappe in Frankrijk. Tijdens de Franse revolutie trokken een aantal monniken van deze abdij richting de lage landen en stichtten hier een aantal nederzettingen, die later uitgroeide tot schitterende kloosters. De monniken hielden er vooral in het verleden een wel erg sobere levensstijl op na. Heel hard en langdurig werken, weinig slapen, eindeloos veel bidden, lacto vegetarisch eten, niet of nauwelijks praten en een leven volledig afgezonderd van de buitenwereld. Tegenwoordig is er binnen de muren van de kloosters wat meer mogelijk en hebben kranten en zelfs Internet hun intrede gedaan. De dag start voor de meeste monniken al om 4.00 uur! Na het opstaan volgen achtereenvolgens: de nachtwake, ontbijt, morgengebed met eucharistieviering, gezamenlijke geestelijke lezing en het voormiddaggebed. Hierna gaat men aan de arbeid. Om 12.00 uur start men met het middagprogramma dat met het middaggebed begint, hierna achtereenvolgens eten, middagrust en namiddaggebed. Tegen de klok van 3 uur gaat men weer aan het werk. Laat in de middag stopt men hier mee en geeft men zich over aan het avondgebed en meditatie. Na het eten wordt de dag afgesloten met wat vrij te besteden tijd en gaat men weer vroeg naar bed om de volgende dag deze cyclus weer te herhalen. Kortom een zeer regelmatig maar eentonig leven waar veel mensen tegenwoordig niet voor kiezen. Dat is dan ook een van de redenen dat de kloosters dreigen te verdwijnen. De brouwerij van Chimay In 1850 stichten een groep monniken van het nabij gelegen klooster van Westvleteren een priorij op een stuk onherbergzaam land op het ruige plateau van Scourmont. In het begin verbleven zij in een hoeve en pas later verrezen er ook een kerk en klooster. In 1871 werd het een volwaardige abdij. De abdij Notre-Dame de Scourmont. Al snel waren er plannen om zelf bier te gaan brouwen en in 1860 vloeide het eerste commerciële bier uit de toen nog koperen ketels. Het eerste brouwsel was een Duitse dubbelbock! Zowel de 1e als 2e wereldoorlog drukte sterk hun stempel op het klooster en vooral de brouwerij had erg te lijden door de Duitse bezetting. Als snel werd al het koper uit de brouwerij gehaald en kon er niet meer worden gebrouwen. Na de 2e wereldoorlog werd de draad weer opgepakt en werd onder leiding van Père Théodore hard gewerkt aan de wederopstanding van de brouwerij. Dankzij deze monnik en de Belgische brouwdeskundige professor Jean de Declerck, die les gaf op de universiteit van Leuven groeide de brouwerij uit tot wat deze nu is. Na hun dood werden Père Théodore en Jean Declerck op het kerkhof van het klooster begraven. De destijds geplaatste brouwinstallatie was zijn tijd ver vooruit en heeft met behulp van een paar tussentijdse aanpassingen tot 1989 haar diensten meer dan bewezen. In 1988 werd begonnen met het vervangen van de koperen ketels (125 hl) door RVS exemplaren van 250 hl. De oude brouwketel waar Père Théodore jarenlang bier mee brouwde staat nu als een soort eerbetoon en monument midden op een rotonde in Chimay opgesteld (Daar kan de gemeente Tilburg nog iets van leren met hun rijdend huis op de Hasseltse rotonde!). In 1996 was de verbouwing achter de rug en was de gehele brouwerij volledig gemoderniseerd. Tijdens de verbouwing werd er natuurlijk zoveel mogelijk door gebrouwen. In deze tijd werd vanwege de beperkte capaciteit in Chimay het brouwen van de tripel uitbesteed aan de monniken van de Koningshoeven te Berkel-Enschot. Tot oktober 1991 brouwde men in Berkel-Enschot 2 dagen in de week de “capsule blance”. Om het originele recept zoveel mogelijk te behouden brachten de tankwagens die het bier kwamen ophalen om het in België te bottelen, steeds brouwwater mee uit Chimay. Opvallend in de vernieuwde brouwerij zijn de RVS brouwketels maar ook het filterapparaat dat in 1988 de traditionele klaringskuip verving. Een uniek exemplaar omdat de fabrikant Wilms er maar eentje van heeft gemaakt en die staat dus bij Chimay. Ook het schoonmaken van de brouwketels en gistingstanks is gemoderniseerd, daarvoor zorgt een zogenaamd CIP-systeem. CIP staat hier natuurlijk voor: Cleaning In Place. Net zoals bij veel andere kloosterbrouwerijen zie je ook bij Chimay weinig tot geen monniken meer werken in de brouwerij. Hun plaats is overgenomen door burgers uit de omgeving. De moderne bottelarij en de kaasmakerij zijn gevestigd in het nabij gelegen plaatsje Baileux, gelegen aan de weg van het klooster naar de stad Chimay. Het klooster zelf ligt op 10 km afstand van deze stad. De bieren van Chimay (De A.D.S. trilogie) Net zoals de meeste andere Trappistenbrouwerijen heeft ook Chimay 3 verschillende bieren. Chimay met rode capsule een dubbel met 7 % alcohol. Chimay met witte capsule een tripel met 8% alcohol. Chimay met blauwe capsule een donker bier met 9% alcohol Zowel de rode als de blauwe capsule ontstonden kort na de 2e wereldoorlog en zagen in 1948 het levenslicht. De witte capsule werd in 1966 voor het eerst op de markt gebracht. Voor het bier gebruikt men water uit eigen bron dat vanuit 45 meter diepte wordt opgepompt. Men brouwt in principe 2 brouwsel per dag maar kan eventueel ook een 3e brouwsel maken. Opvallend is dat men bij Chimay hopextract gebruikt i.p.v. hopbellen of pellets. Een voor de bitterheid en de andere voor het aroma. Voor zowel de rode als blauwe capsule gebruikt men ook een beetje Curaçao schillen. Opvallend is ook het gebruik van moutextract voor deze beide bieren. Voor de tripel gebruikt men naast mout ook dextrose en tarwemeel. Na het koken pompt men het wort naar de gistzaal waar het onder een temperatuur van 28 graden Celsius wordt vergist in 6 cilindrisch conische tanks (Apollo’s). De hoofdvergisting vindt plaats in amper 4 à 5 dagen. Hierna wordt het bier enige tijd koud en zeer kort gelagerd. Nadat het d.m.v. een centrifuge is gefilterd en voorzien is van verse gist en suiker voor de nagisting op fles, wordt het in tankwagens overgepompt en naar de bottelarij in het 5 km verderop gelegen Baileux vervoerd om daar op fles te worden afgevuld. Na een aantal weken te hebben nagegist in de warme kamers gaat het bier op weg naar de consument. Naast bovengenoemde bieren wordt er ook nog een z.g. refterbier gebrouwen, ook wel bekent onder de naam Chimay Dorée. Dit bier heeft een donkerbruin etiketje op de achterkant van het flesje en goudkleurige kroonkurk. Oorspronkelijk was dit bier enkel en alleen maar bedoeld voor consumptie binnen de muren van het klooster, maar de monniken gaan ook met hun (commerciële) tijd mee en vanaf 1998 wordt het bier met slechts 4,8% alcohol ook in de nabij gelegen Auberge du Poteuapré geschonken! Chimay kaas Bij Chimay denk je niet enkel alleen maar aan bier maar ook aan kaas. Ook dit product is tot ver over de landsgrenzen bekend om haar verfijnde smaak. De kaasmakerij is ouder dan de brouwerij. Ergens in 1857 werd er voorzichtig begonnen met het vervaardigen van boter en kwark dat gemaakt werd van de melk van hun eigen koeien. Later werd begonnen met het maken van kaas. In 1953 werd het kaasmaken uitbesteed aan een fabriek in de buurt van het klooster. Toen in 1979 de melkfabriek haar poorten sloot pikten de monniken hun oude passie weer op en begonnen zij met de bouw van een moderne kaasmakerij op een naburig bedrijventerrein. Eind 1982 ging hier de productie van start. Bij Chimay worden er maar liefst 4 verschillende kazen gemaakt: Chimay Grand Classique Halfharde, geperste kaas met een natuurlijke, ongekleurde korst vrij van kleurstoffen en licht gebloemd. Na een rijping van vier weken verzekeren de smeuïgheid en de heerlijke smaak van verse melk een kaas met een volle smaak. Chimay Grand Cru Deze kaas met natuurlijke korst wordt met gepasteuriseerde melk vervaardigd volgens een eeuwenoud recept. De rijptijd van zes weken bevestigt zijn persoonlijkheid met een zuivere en zachte smaak. Oude Chimay Fijnproevers waarderen het karakter van deze harde kaas met volle melk die minstens zes maanden in de rijpkelders blijft. De fruitige toetsen smaken lekker lang na. Chimay met bier De zeer persoonlijke bereiding en rijping maken deze kaas tot een exclusief product. De natuurlijke korst wordt gewassen met Chimay-Trappistenbier. Deze kaas streelt dan ook de neus en het gehemelte met een onvergelijkbare geur en smaak. Een beetje in de stemming? Hopelijk is jullie interesse gewekt en hebben jullie al een beetje een idee wat je in het klooster van Chimay staat te wachten. Voor degene die niet mee kunnen hoop ik dat ze d.m.v. bovenstaande artikel een idee hebben wat wij op Koninginnedag gaan aanschouwen. Wil je nog meer weten, kijk dan ook even op de website van Chimay: www.chimay.com of leen het boek van Jef van den Steen uit onze bibliotheek. Om helemaal in de sfeer te komen treffen jullie in dit clubblad ook de recepten aan van alle 3 de Chimay-bieren. Uiteraard niet de originele maar wel versies die akelig dicht in de buurt komen. Zeker die van de tripel. Ikzelf kan haast niet wachten tot we afreizen naar de Belgische Ardennen. In het clubblad van mei zal ongetwijfeld een sfeervol verslag verschijnen. Tot die tijd wil ik afsluiten met een uitspraak van Benedictus die ooit schreef: “Dan zijn zij pas echte monniken, als zij van het werk van hun handen leven”. Huub Soemers
|
|
| Terug naar overzicht | |
Excursie naar de Koninck en Slagmuylder |
mei 2009 |
| Door: anoniem | |
|
VERSLAG EXCURSIE NAAR DE KONINCK EN SLAGHMUYLDER
Beste biergenietende “Roerstokvrienden”, Eigenlijk wou ik hier een lege bladzijde van maken, maar omdat het zoveel indruk op mij heeft gemaakt wil ik de niet aanwezigen van deze prachtige, en in het geheugen gegrifte, dag laten mee proeven. Om 9.00 uur vertrek vanaf de Hazennest met de bus vanwaar we, vanwege de welbekende wegreparaties in België, ons langs een door de chauffeur bekende sluiproute op pad begaven naar onze eerste brouwerij De Koninck in Antwerpen. ankomst om half elf, wat naar mijn zin een goede prestatie was voor onze chauffeur, want ondanks dat het in Nederland Koninginnedag was en het daar gevierd moest worden vierde toch een grote groep Nederlanders het in België. We werden wat rommelig onthaald, maar wat schrik je als Belg als er een hele Belgische bus leeg stroomt met Hollanders (weg wezen). Maar nadat ze zagen dat we nog niet z’n kwaad volk waren, kwamen ze ons van harte welkom heten in hun trotse brouwerij De Koninck, gelegen aan de buitenrand van het oude Antwerpen.
De brouwerij geschiedenis begint in anno 1827 en de naam De Hand is verkregen van een grenspaal die Berchem en Antwerpen scheidde, en waar een hand op was gebeeldhouwd. In 1912 is de naam De Koninck pas ontstaan. Bla bla bla. Dit is allemaal heel leuk, maar het ging ons eigenlijk meer over de ketels en de degustatie’s, die we in het vooruitschiet zagen, want onze keeltjes waren behoorlijk uitgedroogd. Franske, alias “De Witte”, leidde ons naar de degustatieruimte alwaar we meteen een versgetapt Koninckske voorgeschoven kregen. De groep werd in twee gesplitst, omdat er anders geen overzicht was. Ik bleef met groep twee nog even zitten en we zouden een filmke te zien krijgen, maar Franske stond wel te grappen, maar filmke draaien daar begreep hij niet veel van. Dus hij zette zich achter de tap en schonk ons nog eens een hemels bolleke in, waar wij met veel genot van zaten te genieten. Franske had ook geen luxaflex ervaring, maar als nar was hem een goede rol toebedeeld en hij rommelde net zo lang totdat die ook naar zijn goesting was. Drinken mocht hij niet meer van de dokter, maar volgens zijn eigen was het binnenkappen van een bolleke iets helemaal anders. Hij liet ons nog een buikspieroefening zien wat handig was in kleine ruimtes. Eindelijk kwam er een mechanieker die de recorder aan de gang door op het knopje te duwen en we kregen een filmpje te zien. Ploeg 1 arriveerde terug zodat de tweede met Eugène kon meegaan voor een toerke in de brouwerij. Mooi spul allemaal en vertellen kon hij ook, want ik ging bijna twijfelen over zijn afkomst (NLerke]. Een opmerking die Eugène maakte, dat de prijs van een bolleke beter wat lager kon zijn met een volle taverne, klonk mij ook winstgevender in de oren, dan een kroeg die op de helling staat met een dure consummatie. Politiek kwam ook aan bod, maar daar kon hij beter van afblijven, want wij wilden het geheim van het Koninckje weten en daar gaf hij ons het bekende verhaaltje bla bla bla. De terugkomst in de degustatieruimte beviel ons een stuk beter, want Franske en Eugène hadden de handen vol om onze glazen vol te houden, maar ze hadden voor hetere vuren gestaan en bleven lachend onze glazen vullen. Zelfs Joop had er drie voor zijne snavel staan en gaf te kennen dat het hem goed smaakte. We moesten afscheid nemen, maar allereerst maakte ik nog een afspraak om het gist eens te mogen ophalen. Handenschuddend verlieten wij brouwerij De Koninck. Bij de bus aangekomen stond Gerrie ons op te wachten, want hij had voor ons een broodmaaltijd en drankje, die door Theo en zijn lieftallige dochter waren bereid. Al knabbelend vertrokken wij om vijf voor een richting Ninove, waar de tweede brouwerij Slaghmuylder werd bezocht. In de bus komt Theo toch wat zorgelijk kijkend voorbij, want het was behoorlijk druk op de ring in Brussel en hij had ons beloofd als er nog ruimte was een bezoek te brengen aan De Witte Arend te Antwerpen, waar wij nog eens wat konden drinken, cq eten. Na ongeveer een uur bollen kwamen wij aan in Ninove. Onder de toegangspoort van de Oude brouwerij Slaghmuylder reden wij naar een kleine koer, waar wij uitstapten en onze stramme beentjes weer eens konden strekken. Ook hier waren ze niet ingericht op zo’n aanval vanuit het noorden en het duurde ook hier even totdat ze van de eerste schrik waren bekomen. Daarna ging het van een leien dakje en we werden daar ook warm verwelkomd met een Witkapke, wat we na ons dorstig ritje gretig aannamen. De brouwerij dateert uit anno 1860 en de brouwerij wordt beetje bij beetje vernieuwd om aan de moderne tijd te kunnen voldoen. De bottellijn was nu aan de beurt om vernieuwd te worden, maar dan moesten wij grote afnemers worden. Ook hier was de groep te groot en werden wij in tweeën gesplitst. Allerlei oude, aan de brouwerij nagebleven, attributen lieten ons een beetje opsnuiven hoe het er in het verleden had aan toegegaan. De eigen generator die door stoom was aangedreven zorgde voor energie, die het mogelijk maakte om onder alle omstandigheden door te kunnen brouwen. Ook mouterij Dingemans had hier een afnemer, want zijn zakken mout lagen op de zolder opgeslagen en werden door de moutmolen (met magneet voor ijzerdeeltjes op te vangen) geschroot en getransporteerd naar de beslagkuip, bla bla bla. Toen ieder de rondleiding had overleefd begaven we ons nog eens naar de bar en leegde daar nog een aantal bokalen. Er werd ons nog door de zoon van de brouwer verteld dat die een heuse geuzebrouwerij had in den Brussels, waar hij vol trots over sprak. Ten laatste werden we er nog op gewezen, dat er bier te koop was en ik hoop dat dat ten goede komt voor de bottellijn. Het luik van de bus ging open en kon worden afgeladen met bier. Om 16.10 uur vertrokken wij richting Brussel om vandaar misschien tot de Witte Arend te geraken, maar de drukte gaf daar weinig kans naar. Plasje doen op de hoogte van Kontich en daar kregen we te horen, dat De Arend gevlogen was voor ons. Ik had de gedachte dat deze dag niet completer zou gaan worden met nog meer bier, en niemand gaf te kennen dat hij of zij niet genoeg had gehad. Om ongeveer 19,30 uur arriveerde wij weer met hetzelfde aantal van waar mee vertrokken waren bij ons clublokaal het trefpunt. Een mooie en onvergetelijke dag, die voor ons aan onze voeten lag.
HOME ZWEET HOME BY JACK TUIP die met vriendin nog terug moest naar België. |
|
| Terug naar overzicht | |
Excursie naar de Trappistenbrouwerij van Chimay |
juni 2008 |
Door: Sjef Groothuis |
|
|
EXCURSIE NAAR DE TRAPPISTENBROUWERIJ VAN CHIMAY
Op 30 april was het dan zover, de Roerstokkers, inclusief ik (Sjef) en mijn vrouw (Marianne) mochten die dag een bezoek brengen aan de Trappistenbrouwerij van Chimay in het uiterste zuiden van België. En dit is wel heel speciaal omdat ik over het algemeen niet in staat ben om met een excursie mee te gaan. We moesten er wel een paar honderd kilometer voor over hebben, maar daar kregen we wel iets bijzonders voor terug. De brouwerij is tegenwoordig een gesloten boek voor bezoekers, maar voor de Roerstokleden werd eenmalig een uitzondering gemaakt. Na 4 uur bussen en wat omweggetjes kwamen we dan met behulp van onze Belgische Tin-Tin bij Chimay aan. We gingen eerst op bezoek bij de bottelarij, omdat in verband met de komende vrije dagen de bottelarij vroeger gesloten werd.
De bottelarij De ontvangst door Jos Timmermans (commercieel medewerker van de brouwerij) was zeer hartelijk en hij vertelde ons dat we alles konden bekijken en als er vragen mochten zijn deze zonder geheimzinnigheden beantwoord werden. Er werden vooral driftig foto’s gemaakt van alle delen van het proces. De flessenuitpakmachine had vandaag niet zulk een goede zin en liet prompt een laag flessen ( ongeveer 380 stuks ) uit zijn grijparmen vallen, maar daar raakte niemand van in paniek. De flessen werden met een TGV-vaart door de flessenspoelmachine geloodst. Daarna werden op een drafje, van ongeveer 48.000 flessen per uur, de flessen gecontroleerd, gevuld, gekroonkurkt, en voorzien van etiket en naar de verpakkingsmachine gedirigeerd. Hier werden volautomatisch de kratten of dozen met flessen heerlijk gerstenat gevuld en gepalletiseerd. De heftruckchauffeur kon met moeite de inpakrobots bijhouden om de pallets op tijd in de warme kamer te krijgen. In de warme kamer werd onze aandacht vooral getrokken door de korfjes die aan de pallets met kratten bier hingen. Hierin stond een fles bier voorzien van manometer. Jos vertelde ons dat er na 3 of 4 dagen al een druk van 4 ato onder de kroonkurk zit. Het bier blijft ongeveer 3 weken bij 24 graden in deze verwarmde hal. Daarna kan het bier uitgeleverd worden. De reis werd voortgezet naar Auberge de Poteaupre, een herberg waar de diverse Chimay bieren en kazen te verkrijgen zijn. Hier werd ons een lunch inclusief bier aangeboden. We konden kiezen uit Speciale Poteaupre, een lichtblond bier van 4,5% en het kleurenpallet van de Chimaybieren. Er was ook nog even tijd voor wat inkopen, o.a. bier en kaas (met of zonder bier).
De brouwerij Hierna gingen we weer in de bus om na een kort ritje bij de Trappistenbrouwerij weer uit te stappen. We werden door de heer Dominique Denis (directeur de production) ontvangen. Jos zou de rondleiding in het Nederlands verzorgen en Dominique in het Frans of Engels. Er wordt 5 dagen in de week gebrouwen. De stortingen van de brouwsels bestaan uit gerstemout, maïs en tarwe, en voor de donkere bieren wordt gebruik gemaakt van caramout. Voor de Chimay Bleu wordt extra suiker toegevoegd om een hoger alcoholgehalte te krijgen zonder dat het bier te rondbuikig wordt.
Door de tijd heen is het maischproces niet gewijzigd. (50 graden, 63 graden, 72 graden, 78 graden), dit om geen afbreuk te doen aan de originele recepten. Het filtreren van de maisch gebeurt met behulp van een platenfilter met behulp van filterdoeken, maar zonder extra druk om toch een zo natuurlijk mogelijke filtrering te verkrijgen. Het wort wordt 1 uur heftig gekookt met behulp van een binnenkoker (zoiets als een ouderwetse melkkoker). Na diverse hopgiften wordt het wort gekoeld tot 23 graden. De Chimay Bleu vergist bij een temperatuur van 28 graden, en de andere bieren bij 25 graden. De gist van de vorige gisting wordt weer gebruikt bij de nieuwe vergisting. Van het overschot van de gist worden door een bedrijf biergisttabletten geproduceerd.
De vergisting duurt 5 dagen en het bier wordt gedurende 7 dagen bij -1 graad Celcius gelagerd. Hierna wordt het bier gecentrifugeerd om de gist en reststoffen te verwijderen en wordt vervolgens in tankauto’s gepompt om naar de bottelarij vervoerd te worden. Voor de hergisting wordt gebruik gemaakt van dezelfde gist, maar wordt op een of andere manier bewerkt, zodat de hergisting optimaal is en de gist goed op de bodem van de fles blijft plakken.
Unieke rondleiding Al met al een unieke rondleiding waar wij als Roerstokkers toch weer het een en ander geleerd hebben, zoals dat het proces bij bereiding van de Chimaybieren zo simpel mogelijk gehouden wordt. De brouwerij heeft een rustgevende uitstraling van een zeer geoutilleerd bedrijf waarbij alles qua hygiëne in de puntjes verzorgd is. Chapeau, (ofwel in het Tilburgs “petje af”). Na een laatste dankwoord voor het feit dat wij als Roerstok een keer in de keuken van de Trappistenbrouwerij van Chimay mochten kijken en het overhandigen van enkele versierselen namen wij afscheid van Jos en Dominique. Tijdens de reis terug zijn er bijna geen slapende mensen aangetroffen, want we hadden stof genoeg meegekregen om er nog lang over door te bomen. Rond half negen ‘s avonds waren we weer terug in Tilburg,
Sjef Groothuis |
|
| Terug naar overzicht | |
Door: Huub Soemers
Door: Rene Stenvert
Door: Frits Haen
Door: Kees van Haaren
Door: Paul Langenberg 

Door: Marc Vriens
Door: Gerrie Hage
Door: Sjef Groothuis 





