Terug naar overzicht

Een pilsje op drie smaakt naar karton

maart 2011
Door: Jan van Pelt

Een pilsje op drie smaakt naar karton

We bewaren ons flesjesbier te lang en te warm

‘Onze flesjes pils worden slecht gestockeerd en zijn te lang onderweg naar de consument. Eén op de drie pilsjes smaakt daardoor naar karton', zegt de Leuvense bierprof Freddy Delvaux. ‘We zouden beter een productiedatum op de flesjes zetten, in plaats van minstens houdbaar tot...'

Voor alle duidelijkheid: professor Freddy Delvaux heeft het enkel over pils. Met voorsprong nog altijd het meest gedronken bier. En meer specifiek over pils in flesjes. ‘Want pils in blik en in vaten blijft veel langer vers. Licht, lucht, warmte en tijd zijn de grootste vijanden van bier. Vatenbier heeft daar minder last van omdat het nauwelijks in contact komt met zuurstof en omdat de rotatie veel groter is: vaten zijn geen maanden onderweg en worden veel verser getapt', zegt Delvaux.

‘Pils is zeer gevoelig voor veroudering. Dat geeft die specifieke papier- en kartonsmaak. Niet te verwarren met de smaak van kattenpis, een nog viezere pilskwaal: die wordt veroorzaakt door de inwerking van licht op hopcomponenten. Daarom zit bier in donkere flesjes. Bij voorkeur bruine, maar groen kan ook. Kleurloos glas – zoals bij sommige exotische bieren – is echt een ramp. Tenzij er uitsluitend met dure, scheikundig aangerijkte tetrahop gewerkt wordt.'

 

Koelwagens

Volgens de etiketten zijn de meeste flessenpilsen één tot twee jaar houdbaar, maar volgens Delvaux is het beste er in werkelijkheid al na enkele maanden af. ‘Als dat bier 's zomers dan ook nog eens in openlucht gestockeerd wordt of thuis in een warme garage bewaard wordt, dan is het na enkele weken echt om zeep. In de Verenigde Staten wordt pils daarom vaak in koelcellen gestockeerd. En als het over lange afstanden getransporteerd wordt, dan gebeurt dat met koelwagens.'

Alhoewel niemand veel papier of karton eet, herkent iedereen zeer goed die specifieke papier- en kartonsmaak van verouderd bier. ‘Als je op een zomers terras zit, dan merk je dat zelfs al na een kwartier', zegt Delvaux. ‘Je moet eens de proef doen: als je een pils vijftien minuten in de zon laat staan dan zit die kartonsmaak er al in. Wie echt van zijn bier wil genieten drinkt zijn glas best meteen uit. Frisser en lekkerder kan niet. En daarna wacht je een kwartier om het volgende te bestellen, in plaats van een kwartier met dezelfde lauwe pint te blijven zitten.'

 

Liever productiedatum

‘Na een bepaalde tijd is pils echt niet meer te drinken, maar daarom is het nog altijd niet microbiologisch besmet zoals met melkproducten gebeurt. Je zal er dus niet echt ziek van worden. Brouwers mogen daarom zelf de houdbaarheid van hun bier bepalen. En ze zien dat nogal ruim. De ene zet daar een jaar op en de andere anderhalf jaar. Of nog meer. Maar daarmee weet je dus niet hoe oud het bier is. Of hoe verouderd het is.'

‘Ik ben daarom voorstander van een productiedatum op het bier. Daarmee weet je nog altijd niet hoe dat bier gestockeerd werd, maar je weet toch al iets. Spijtig genoeg willen de brouwers niet meewerken aan zo'n reglementering. Begrijpelijk natuurlijk, maar het is toch ook geen reclame als hun bier verkocht wordt met een kartonsmaak. Daarom zal ik erop blijven hameren tot ik voldoende gelijkgestemde geesten vind.'

 

Auteur: Willy de Buck

Bron: Het Nieuwsblad, maandag 31 januari 2011, met dank aan Jan van Pelt

Terug naar overzicht