Terug naar overzicht | |
Goddelijke goedheid van bok |
december 2011 |
Door: anoniem | |
Goddelijke goedheid van bok
De subcategorieën hebben een aantal eigenschappen gemeen, namelijk het uitgesproken moutkarakter, ondergisting, een lange lagering bij een lage temperatuur, subtiel gebruik van nobele hopsoorten en decoctie maischen om het moutkarakter te accentueren. MeibokEen meibok is licht van kleur (goud tot amber) en heeft iets meer hopkarakter dan de traditionele bok. Het hoparoma en bitterheid moet wel echter laag tot medium blijven. Edele, bij voorkeur Duitse hopsoorten worden gebruikt. Dubbel decoctie maischen wordt typisch toegepast, de kooktijd voor een meibok is minder lang vergeleken met een traditionele bok om karamelliseren te beperken. Pils of Vienna mout wordt gebruikt als basis, Munich mout wordt in kleinere hoeveelheden gebruikt voor het moutaroma en –smaak. Meibok wordt vaak geassocieerd met het voorjaar, maar als dit bier een helles bock wordt genoemd kan het gerust het gehele jaar worden gedronken. De start SG is tussen 1.064 en 1.072, eind SG tussen 1.011 en 1.018. Het is iets droger dan de traditionele bok met een alcoholgehalte is ca. 6.3-7.4v%. Traditionele BokDe traditionele bokbieren hebben een meer nadrukkelijke melanoïde en broodachtige moutsmaak en –aroma die gepaard gaat met de hogere eesttemperaturen die twee tot drie eeuwen geleden werden toegepast. Het bier moet gebrouwen worden met als doel een clean, diep moutkarakter te verkrijgen. De kleur varieert van lichtkoper tot bruin met een smaakpatroon afkomstig uit munich en vienna mouten, in combinatie met een lange kooktijd (karamellisatie) en decoctie maischen. Het hoparoma is zeer ondergeschikt aan het moutkarakter en de bitterheid moet juist voldoende zijn om de zoetheid gedeeltelijk te compenseren, maar niet zoveel als het ‘in balans’ brengen. De traditionele bok is echter niet plakkerig zoet, gebruik daarom een ondergist met een hoge potentiële vergistingsgraad. Begin SG 1.063 – 1.072, eind SG 1.013-1.019, alcohol 6.3-7.2v%. DubbelbokDe dubbelbok is vaak een uitdaging om te brouwen. Het alcoholpercentage is relatief hoog maar het doel moet altijd een uitgesproken moutkarakter zijn. Door deze focus op mout mogen er lage hoeveelheden fruitaromas aanwezig zijn, maar niet als gevolg van de vergisting, uitsluitend van mout bijproducten. Chocolade tonen kunnen aanwezig zijn maar geroosterde of gebrande aroma’s zijn buiten de stijl. Gebruik daarom de donkere moutsoorten als Carafa uiterst spaarzaam tot niet. Zoals bij de andere boksoorten moeten edele hopsoorten worden gebruikt en slecht om de zoetheid deels de balanceren. De vergisting moet voldoende zijn om het bier niet plakkerig zoet te laten smaken. De monniken brouwde de historische ‘vloeibaar brood’ dobbelbock bieren gedurende het vasten. Modernere versies zijn soms nog wel vergelijkbaar, maar hebben een fijne balans tussen een vol mondgevoel en alcohol warmte om ze goed drinkbaar te houden. De lichtere versies als zware varianten op de meibok hebben ook een iets hoger hoparoma en een drogere afdronk. Begin SG 1.072-1.112(!), eind SG 1.016-1.024, alcohol 7-10v%. Er is enigszins een overlap met de traditionele bok. EisbockEisbock is eigenlijk meer een brouwmethode dan een bierstijl. Het doel is om een mooie bok of dubbelbok te brouwen en een deel van het water te verwijderen om zodoende een geconcentreerd bier te maken. Het resulterende bier moet zacht en alcoholisch zijn met een sterk moutkarakter en zeker niet plakkerig of ‘hard’. Er kunnen pruimen- en druivensmaken aanwezig zijn. Het glas kan van die druipers laten zien, die soms ook bij wijn of port worden waargenomen; het hoge alcoholgehalte kan een negatief effect hebben op de schuimstabiliteit. De begin SG heeft geen maximum, maar is typisch tussen 1.078 en 1.120. Het alcoholgehalte is niet direct te berekenen volgens de gangbare relaties, er moet rekening gehouden worden met het verwijderde water, de meeste hobbybrouw resultaten liggen tussen 9 en 14v%. |
|
Terug naar overzicht |