Terug naar overzicht

Op bezoek bij de thuisbrouwerij van Jan in't Groen

februari 2009
Door: Paul Langenberg

OP BEZOEK BIJ DE THUISBROUWERIJ VAN JAN IN ’T GROEN

 

Zoekt en gij zult vinden

Nieuwbouwwijken en mensen met een beperking op het gebied van richtingsgevoel, het blijft een moeizame combinatie. De routeplanner braakt wel een mooi papier uit maar de aangegeven straatnamen zijn in het donker niet te lezen en de afslagen die worden aangegeven lijken eerder te vinden op IJsland dan in de gemeente Dongen waar Jan woont (en brouwt). Ook de nummering van dit type wijk lijkt te zijn verzonnen door een overspannen wiskundige maar met hulp van leesbril (niet handig bij het parkeren, dat paaltje stond er toch eerder), binnenlampje, routebeschrijving en de door de gemeente geplaatste kaart wordt huize In’t Groen toch gevonden.

 

Met onderbrekingen

Jan was er al vroeg bij met het brouwen en met het lidmaatschap van de Roerstok. Al in 1986 werd hij lid maar hij was niet vaak bij de clubavonden. Hij experimenteerde wat met brouwen. Omdat hij toen nog bij zijn ouders woonde ging dat nog zonder problemen. Geknoei in de keuken werd toegestaan en dat moeder soms aan de vloer vastplakte werd hem niet al te kwalijk genomen. Hij was zo af en toe met brouwen bezig maar het verwaterde ook weer. Jan ging zich bezig houden met andere zaken, ging trouwen, kinderen krijgen en dan is er weinig tijd voor de edele kunst van het brouwen. Maar het bier kruipt waar het niet gaan kan en na een onderbreking is Jan weer lid geworden nu zo’n 4 jaar geleden.

 

Ruimte

Jan verontschuldigt zich voor de beperkte ruimte die zijn brouwerij in beslag neemt maar het valt alleszins mee. De meeste amateur-brouwers moeten het met een beperkte ruimte doen  (sommige professionele brouwers ook) en dan is het onderkomen van Jan nog heel redelijk.

In die beperkte ruimte staat overigens wel een complete en compacte installatie namelijk de voor de club gebouwde RIMS. In fraai roestvrij staal uitgevoerd staart een complete micro-brouwerij me aan. Prachtig afgewerkt met een rvs- onderstel, pompen, kranen, etc. is een in een stationcar te vervoeren brouwerij gemaakt.

Jan is van beroep projectleider bij een bedrijf dat rvs-installaties bouwt waaronder brouwerijen, hij heeft ook een paar jaar bij de Heineken gewerkt. Staal heeft geen geheimen meer voor hem.

 

Brouwen en Bouwen

Voor Jan is het bouwen van apparatuur minstens zo leuk als het brouwen zelf. Na een drukke werkdag vindt hij het prettig om lekker in de schuur iets te gaan knutselen. Hij heeft al een goed werkzame schrootmolen, prachtig uitgevoerd,  toch is hij er nog een aan het bouwen maar de capaciteit daarvan lijkt eerder richting Heineken te gaan dan afslag Sjef. Genoeg capaciteit om een hoeveelheid te schroten die de gewone amateur eigenlijk niet nodig heeft. Maar ja, als je rvs kunt lassen, waarom zou je het dan laten?

In ieder geval is het heel wat anders dan het geknoei van de beginjaren, met gewone emaillen pannen werd toen een paar liter meestal niet drinkbaar vocht gemaakt.

Als hij brouwt dan is het bij voorkeur een wat steviger en liefst donker bier. Bokbier behoort wel tot zijn favorieten en een Westmalle dubbel wordt zeker niet versmaad.

Ooit begon hij met het brouwen met blikken maar nu is het toch meer ambachtelijk geworden.

 

Liters

Jan brouwt meestal zo’n twintig liter, niet per maand want de frequentie is wisselend. Het hang ook af van het weer want omdat hij grotendeels buiten brouwt is brouwen bij Elfstedentochttemperatuur of bij tropische aanvallen niet echt leuk.

Jan gebruikt ook liters water. Niet zozeer om te brouwen maar omdat zwemmen zijn hobby is. Ooit was hij een heel goed zwemmer maar dat dit voorbij is, is geen drama want hij heeft het zwemvirus (niet te verwarren met zwemmerseczeem) kunnen overdragen op zijn kinderen.

Het zwembad van Dongen drijft eigenlijk op de familie In’t Groen (misschien was In’t Blauw toepasselijker). Zijn vrouw leidt de activiteitencommissie van het zwembad, Jan traint de zwemmers waaronder zijn drie kinderen die allen echte waterratten zijn. De oudste van 13 traint zelfs de jongste van 9. We hoeven ons dus niet druk te maken over de opvolging van Pieter van den Hoogenband.

 

Bezig

De familie is zeker bezig, dat is wel duidelijk. Jan traint de zwemmers, doet een trainersopleiding en houdt zich daarnaast ook bezig met het examineren van jachthonden. Zijn vrouw doet naast het werk op de zwemvereniging ook nog aan schilderen. Geen stilzitters dus en het brouwen lukt ook goed.

Uw verslaggever kan het getuigen want Jan schenkt een zelfgebrouwen winterbier dat goed smaakt. Dat er van een brouwsel wel eens iets ontploft, dat kan, maar dit bier mag er wezen.

Na een gezellige avond is de terugweg makkelijker te vinden dan de heenweg. Misschien omdat je leert van herhaling en na de rotonde meerdere malen te hebben gerond, blijkt Tilburg niet eens zo ver weg.

Kwestie van de bordjes volgen, als je die kunt zien tenminste…..

 

Paul Langenberg

 

Terug naar overzicht