Terug naar overzicht

Overschuimers 05-2011

mei 2011

Overschuimers

 

Iedereen kent wel het verschijnsel, dat als je ergens mee bezig bent, je het overal denkt te zien. Ben je zwanger, wat in het geval van Pol zeer onwaarschijnlijk is, dan zie je overal zwangere vrouwen. Zwangere mannen kom je niet tegen al zijn er wel die de indruk wekken op springen te staan. Heb je een rode auto, dan zie je overal rode auto’s, is je nieuwe hobby dwergwerpen dan struikel je ineens over de lilliputters en ga zo maar door. Pol ziet nu overal hout. Niet zomaar hout maar brandbaar hout.

Dat behoeft enige toelichting want zo ongeveer alle hout is brandbaar maar dat maakt nog niet alle hout geschikt voor de houtkachel en dat is waar het Pol om gaat want sinds enige weken is Pol de trotse eigenaar van zo’n kachel. Dat komt omdat Pol zijn grote liefde nogal gek is op vuur, poëtisch gezien natuurlijk het vuur van de liefde maar ook gewoon van een knapperend vuur van hout. Hout dus en dat ziet Pol nu overal.

Rijdend over de ringbaan ziet hij een stapel half kapotte pellets liggen, wachtend op de vuilophaaldienst of op de gretige handen van Pol die mooi schoon en droog hout ziet dat na enig zaagwerk zo de kachel in kan. Hardlopend door het bos ziet hij enige boomstronken die recent zijn gezaagd en door de zagers niet opgehaald. Voorheen was de schoonheid van deze stukken boom hem niet opgevallen maar nu is het reden om de plaats in de hersenen te markeren en op een geschikt moment even langs te rijden. Een achteloos en illegaal aan de bosrand gedumpt bed wordt door Pol netjes opgeruimd want het betreft een ongeverfd exemplaar en een goede daad doen is ook niet verkeerd. Pol hoopt nu voorgedragen te worden voor een ridderorde voor zijn spontane opruimactie in de openbare ruimte. Wel graag een houten medaille, burgemeester!

Pol krijgt het er wel warm van maar het is natuurlijk bekend dat je het van een houtkachel meerdere malen warm krijgt. Van het sjouwen door het bos naar de auto (die boodschappentassen van Albert Heijn branden flink in de schouders als ze gevuld zijn met een flinke boomstronk). Het als een stoere hakboy zwaaien met de kloofbijl levert ook flink wat warmte op en dan heeft de kachel nog niet eens gebrand. Dat Elvis zo heftig ontkende een houten hart te hebben komt ineens in een ander daglicht te staan want wat is er mis met een fraai knapperend vuur in de borstkas? Dan is een hart van goud toch veel minder nuttig want als metaal stelt het zachte goedje weinig voor en branden doet het ook al niet.

De avonden van de laatste tijd lenen zich er goed voor om de kachel uit te proberen. De dagen zijn voor april best warm maar in de avond koelt het snel af en het goed knapperen geblazen. Het is wel even oefenen voor de notoir a-technische Pol om de kachel goed te stoken. De eerste keer had hij de gebruiksaanwijzing niet helemaal gelezen en de luchttoevoer iets te enthousiast afgeknepen. De panoramaruit was in korte tijd zwart geblakerd en mocht Pol behoefte hebben aan het maken van Rauchbier dan hoefde hij het vaatje maar even bij de kachel te zetten.

Gelukkig, al doende leert men en nu is voor zolang het seizoen het nog toelaat (in Nederland kan dat zo ongeveer het hele jaar door zijn) met regelmaat het dansen der vlammen te zien in huize Pol. De temperatuur stijgt daardoor op sommige avonden wel wat snel en dat maakt dorstig. Gelukkig is Pol de laatste tijd weer wat meer bezig met het brouwproces dus er is weer zelfgebrouwen bier in huis. Pol gaat nog niet zover, dat hij net zoals de Harvey’s brouwerij in Engeland, een houten maischkuip gaat aanschaffen maar het scheelt niet veel. Wat nog wel af en toe gebeurt, is dat hij door de warmte geneigd is iets teveel te proeven van zijn eigen bier en wat levert dat op?

Juist ja, een houten kop. Dat brandt niet maar klopt wel.

 

Pol de Schuimer

Terug naar overzicht